2.3.1 Inleiding
In deze regels worden eerst de beginselen besproken (2.3.2).
Daarna komen afzonderlijke concrete spellingkwesties aan de orde, onderverdeeld in:
- klinkers, inclusief sjwa en tweeklanken (2.3.3),
- halfklinkers j en w (2.3.4),
- medeklinkers, inclusief verdubbeling van medeklinkerletters (2.3.5)
- en overige schrifttekens (2.3.6).
Kwesties die zich in de concrete praktijk niet voordoen, komen niet aan de orde. Zo ontbreken bij de klinkers de [u] en [uu], omdat die in woorden uit het Hebreeuws en Jiddisj niet voorkomen. (Waar een [oe] wordt gezegd, schrijven we niet u, maar oe.)
Eventuele resterende vragen kunnen worden beantwoord met behulp van tabel 1 en tabel 2.
Vorige paragraaf: 2.3 Omzettingsregels |
Volgende paragraaf: 2.3.2 Beginselen |