Jojachien

afbreking: Jo·ja·chien [ ? ]
herkomst: Hebreeuws (transcriptieversie) [ ? ]
letterlijk: 'de Heer heeft gevestigd';  

  zoon en opvolger van koning Jojakim van Juda-4; wordt weggevoerd naar Babel-2; andere namen: Jehojachin, Jechonjahu, Jechonja, Konjahu (Ez. 1:2) [ ? ]

verwant: Hebreeuws-Nederlands (gangbare versie): Jojachin [ ? ]
© 2010 - 2024 Alle rechten voorbehouden