jood
afbreking: | jood | [ ? ] |
lidwoord: | de | |
meervoud: | jo·den | |
herkomst: | Nederlands | [ ? ] |
volgens de joodse traditie iemand of een man die geboren is uit een joodse moeder; verder iemand of een man die is toegetreden tot het jodendom; ook iemand of een man die het joodse geloof belijdt | [ ? ] |
zie ook: | jodin |