moëed

afbreking: mo·ëed [ ? ]
lidwoord: de  
meervoud: mo·a·diem  
herkomst: Hebreeuws [ ? ]

  feestdag, vreugdefeest [ ? ]

zie ook: chol hamoëed, ohel moëed  
© 2010 - 2024 Alle rechten voorbehouden